Heup

Het heupgewricht is opgebouwd uit een bol (heupkop) die draait in een pan. De pan maakt deel uit van het bekken en de bol of heupkop is het bovenste deel van het dijbeen. Beide onderdelen zijn bedekt met een laag kraakbeen waardoor de beenderen vlot en zonder wrijving kunnen bewegen ten opzichte van elkaar. Het kraakbeen beschermt het bot en werkt als een schokdemper waardoor de schokken van de heupkop goed worden opgevangen in de pan.

[popup_anything id="1288"]
















Het gewricht is omgeven door een heupkapsel, net zoals alle andere gewrichten in het lichaam. Dit kapsel helpt samen met het labrum (kraakbeenring te vergelijken met de meniscus van de knie) om de heupkop mooi in de kom te houden, zodat er geen ontwrichtingen ontstaan.

[popup_anything id="1291"]












Rond het heupgewricht bevinden zich veel spieren die zorgen voor de beweeglijkheid van het bovenbeen en dus van het heupgewricht in alle richtingen.

De heupbuigers, heupstrekkers, adductoren en abductoren zorgen voor de beweeglijkheid van de heup in de vier richtingen.

Belangrijk nog te vermelden is de aanwezigheid van een grote slijmbeurs aan de buitenzijde van de heup, welke gelegen is aan de buitenzijde van het dijbeen. Deze wordt de “bursa trochanterica” genoemd. Ze is gelegen in de regio waar je, wanneer je op je zij ligt, de meeste druk ontvangt aan de buitenzijde van de heup. Deze slijmbeurs kan ontsteken en pijn veroorzaken aan de buitenzijde van de heup, wat we bursitis trochanterica noemen.

Een bursitis trochanterica is een ontsteking van de slijmbeurs of bursa aan de buitenzijde van de heup. Ter hoogte van de buitenzijde van de heup bevindt zich een beenderig uitsteeksel waar verschillende spieren op aanhechten. Dit uitsteeksel draagt de naam grote trochanter. Aangezien de huid hier net bovenop ligt, zit er over de grote trochanter een slijmbeurs, zodat de huid goed kan glijden over dit beenderig uitsteeksel.  Soms echter kan deze slijmbeurs geïrriteerd geraken en ontsteken, wat we een bursitis of slijmbeursontsteking noemen van de heup.

[popup_anything id="1298"]




















Wat zijn de klachten bij een bursitis trochanterica?

Een ontsteking van de slijmbeurs kan zich uiten als roodheid, warmte, zwelling en voornamelijk pijn op de plaats van de slijmbeurs. De pijn ontstaat meestal bij het wandelen (of lopen) waardoor manken vaak het gevolg is. Daarnaast kan de pijn zich ook uiten bij het liggen op de aangetaste zijde. ’s Nachts wakker komen van de pijn is zeker geen uitzondering.

De klachten komen het vaakst voor bij dames van middelbare leeftijd.

Hoe stellen we de diagnose van een bursitis trochanterica?

De diagnose is vaak duidelijk na de omschrijving van de klachten en een goed klinisch onderzoek, maar het is belangrijk om een spierscheur van de gluteusspieren te onderkennen ter hoogte van de aanhechting op de grote trochanter. Een röntgenfoto van de heup is belangrijk om verkalkingen te diagnosticeren, wat kan wijzen op een chronisch proces of een peesscheur. Bij twijfel of niet reageren van de ontsteking op de ingestelde behandeling, kan een echografie of een MRI-scan aangewezen zijn om de omliggende structuren te evalueren.

[popup_anything id="1299"]




















Hoe behandelen?

  • Conservatief

    Vaak geneest een slijmbeursontsteking uit zichzelf met voldoende rust te nemen. Om het proces echter te versnellen en positief te beïnvloeden wordt vaak kinesitherapie gecombineerd met ijsapplicatie en kortstondige ontstekingsremmers voorgesteld.

    Indien de klachten niet verbeteren, kunnen er aanvullend inspuitingen gegeven worden met cortisone of PRP (bloedplaatjes) om de lokale ontsteking te proberen wegnemen. Vaak is er meer dan één spuit nodig om de ontsteking af te koelen.

  • Operatief

    Bij het falen van uitgebreide en volledige conservatieve aanpak, kan een operatie aangewezen zijn om de pijn en ontsteking weg te nemen. Hierbij wordt de iliotibiale band ter hoogte van de grote trochanter geopend en de slijmbeurs verwijderd, zodat de klachten verdwijnen.

    Dit kan zowel via een open ingreep als via een kijkoperatie gebeuren. De voorkeur gaat uit naar een kijkoperatie, maar in geselecteerde gevallen is een open ingreep en verwijderen van de slijmbeurs noodzakelijk.

    Aanvullend is kinesitherapie en verdere conservatieve behandeling zeker aangewezen. Belangrijk is tevens dat de revalidatie na dit type operatie vaak moeizaam en traag verloopt, aangezien de klachten vaak reeds lang bestaand zijn en er tijdens de ingreep scheuren van de pezen van de gluteusspieren kunnen gediagnosticeerd worden, wat het prognose verslecht. Deze peesscheuren kunnen opgenaaid worden zonder garanties op een goed resultaat.

    [popup_anything id="1300"]




















Frequent gestelde vragen ?

  • Wat kan ik verwachten na een operatie van een bursitis trochanterica?

    Meestal wordt deze ingreep arthroscopisch uitgevoerd door middel van twee kleine incisies aan de zijkant van de heup. Hierbij wordt het peesblad van de tractus iliotibialis geopend en de zieke slijmbeurs arthroscopisch verwijderd. Indien het niet mogelijk is via een kijkoperatie, wordt een insnede gemaakt op de pijnlijke plaats en hetzelfde als hierboven beschreven uitgevoerd. De keuze voor arthroscopisch of open ingreep wordt besproken preoperatief op de consultatie. De operatie gebeurt onder algemene narcose en gebeurt meestal in dagopname. U mag direct steunen na de operatie, zo nodig met krukken. De eerste weken kan de heupregio gezwollen zijn en warmer aanvoelen. Fietsen wordt ten sterkste aangeraden direct postoperatief. De kinesitherapie wordt in de thuissituatie gestart om de mobiliteit van de heup ter herwinnen, de spieren goed te stretchen en op te trainen en het stappen te oefenen. Hiervoor wordt een specifiek revalidatieschema meegegeven bij uw ontslag uit het ziekenhuis. Spuitjes in de buik ter preventie van tromboflebitis worden enkel voorgeschreven indien we verwachten dat u onvoldoende mobiel zal zijn na de operatie  (bv. na het ophechten van heuppezen) of indien u een totale heupprothese heeft aan die zijde.

  • Wanneer kan ik werken / sporten / autorijden?

    Vooraf wordt de geschatte afwezigheid van het werk besproken, wat kan variëren van 4 weken (licht bureauwerk) tot 2 maanden (fysiek werk).

    Qua sporthervatting wordt fietsen ten sterkste aangeraden van zodra de mobiliteit dit toelaat. Lopen en andere sporten worden slechts aangeraden na een grondige revalidatie bij de kinesist en het afwezig zijn van de klachten, wat vaak een drietal maanden in beslag neemt.

    Autorijden kan vanaf wanneer uw heup betrouwbaar aanvoelt en krachtig genoeg is. Hier bestaan geen duidelijke richtlijnen, maar wanneer de gang vlot kan hernomen worden, wordt autorijden verondersteld geen probleem te zijn. Vaak bevindt dit zich rond de 2 weken postoperatief. Om problemen met de verzekeringsmaatschappij te voorkomen, adviseren we om uw polisvoorwaarden na te lezen en eventueel het nodige na te vragen bij uw maatschappij.

  • Wat zijn de risico’s?

    Zoals bij elke ingreep ter hoogte van de knie zijn mogelijke complicaties zwellingen/nabloeding in het operatiegebied, wondproblemen, overgevoeligheid van het litteken, infectie, zenuw- of bloedvatschade of een trombose in het been. Dit laatste kan u best vermijden door goed de voeten te mobiliseren zodat de kuispieren frequent worden opgespannen (te vergelijken met gas geven in een auto).

  • Wanneer neem ik vroeger contact op?

    Bij toegenomen wonddrainage, zwelling/roodheid van de heup gepaard met pijn of koorts > 38,5°C zijn redenen om vroeger een consultatie aan te vragen of u aan te bieden op de spoedopname. Indien de kuit gezwollen, warm, rood en drukpijnlijk is dient u direct naar de spoedgevallen te gaan voor verdere onderzoeken om een trombose uit te sluiten/te behandelen.

Wat is artrose van de heup?

Artrose van de heup is een chronisch slijtageproces waarbij het beschermende kraakbeen ter hoogte van de botuiteinden geleidelijk aan afneemt in volume en kwaliteit. Er ontstaan barsten, putjes en zones van bloot bot.

Artrose van de heup komt het meest voor bij de ouder wordende populatie. Echter ook jongere patiënten kunnen artrose van de heup ontwikkelen, bijvoorbeeld na een doorgemaakte heupbreuk met het afsterven van de heupkop tot gevolg.

[popup_anything id="1310"]
















Wat zijn de oorzaken van artrose van de heup?

Artrose van de heup is een multifactorieel proces waarbij veel factoren de snelheid van de evolutie en ernst van de zich instellende artrose bepalen. De belangrijkste factoren staan hieronder opgelijst:

  • toegenomen leeftijd
  • vrouwelijk geslacht
  • zwaar fysiek werk uitgevoerd in het verleden
  • doorgemaakt heuptrauma (bv. Doorgemaakte fractuur) of intensieve sportbeoefening
  • roken (toegenomen risico op avasculaire necrose)
  • overgewicht
  • genetisch (artrose in de familie?)
  • andere ziekten (reuma, jicht)

Wat zijn de klachten die met artrose van de heup gepaard gaan?

De klachten die kunnen ontstaan tijdens het proces van artrose van de heup zijn manken, (nachtelijke) pijn thv de lies of bil, minder goed en minder ver kunnen wandelen en pijn bij trappen doen. Vaak is er ochtendstijfheid en pijn bij lang zitten, staan en stappen. Bij vorderende artrose kan er bewegingsbeperking optreden met een weerslag op het gangpatroon.

Hoe stellen we de diagnose?

De diagnose van artrose van de heup volgt uit de klachten die de patiënt beschrijft tijdens het dagelijkse leven, gecombineerd met aanvullende beeldvorming. Vaak is een klassieke röntgenfoto van de zieke heup voldoende om de diagnose te stellen en een idee te hebben van de ernst van de slijtage. Vaak wordt aanvullend een röntgenfoto van het volledige bekken genomen om te kunnen vergelijken met de gezonde zijde en in geval van chirurgie de anatomie zo precies mogelijk te kunnen reconstrueren. Soms kan een MRI (of minder frequent CT-scan) uitgevoerd worden om meer informatie te verzamelen en andere oorzaken van het klachtenpatroon uit te sluiten en om een correcte beslissing naar behandeling te kunnen nemen.

[popup_anything id="1311"]
















Wat zijn de behandelingsmogelijkheden?

  • Pijnstillers en ijs

    Bij een acute opstoot van artrose ter hoogte van de heup met nachtelijke ontstekingspijn en vochtuitstorting in het gewricht kan een korte kuur ontstekingsremmers gecombineerd met ijs leggen de klachten verbeteren en afkoelen.

  • Kinesitherapie

    Oefentherapie onder de vorm van begeleidende kinesitherapie gecombineerd met thuisoefeningen zijn de grondsteen van de behandeling bij een inzettende artrose. Onder begeleiding van een kinesist kunnen de spieren rond de heup opgetraind worden zodat deze de druk op het beschadigde kraakbeen verminderen en de functie van de heup kan verbeteren.

  • Fietsen

    Aangezien fietsen geen gewichtdragende sport is, kunnen de spieren zeer goed opgebouwd worden bij heupen met toegenomen slijtage. Belangrijk is wel om aan een lage intensiteit en op souplesse te oefenen om overdruk in de heup te vermijden. Fietsen is bijgevolg een goede onderhoudsbehandeling en wordt daarnaast ook bij patiënten met een totale heupprothese geadviseerd.

  • Kraakbeensupplementen

    Afhankelijk van de klachten en de bevindingen bij klinisch onderzoek en beeldvorming kunnen voedingssuplementen in de vorm van hyaluronzuur preparaten voorgeschreven worden. Belangrijk is te weten dat dit geen medicatie is, niet schadelijk is en langdurig kan genomen worden. Het vervangt uiteraard niet de oefentherapie! Een kuur dient minstens 6 maanden gevolgd te worden, waarna het effect kan worden geëvalueerd.

  • Inspuitingen van de heup

    De producten die we inspuiten zijn cortisone of een hyaluronzuur gel. Cortisone (bv. Depomedrol) spuiten we als eerste keuze in om de (nachtelijke) pijnklachten te verbeteren of doen verdwijnen. Gelinfiltraties (bv. Ostenil plus, Synvisc one,…) kunnen een positief effect hebben op (ochtend)stijfheid, knagen en zeuren van de heup, maar zijn minder krachtig.

    Aangezien het heupgewricht een diepliggende structuur is in tegenstelling tot de knie, kan een inspuiting van het heupgewricht niet op de consultatie uitgevoerd worden, aangezien we medische beeldvorming nodig hebben op het moment van de inspuiting. Een inspuiting van het heupgewricht vindt bijgevolg altijd plaats op de radiologie of in de operatiezaal.

  • Operatief

    Bij het uitblijven van een goede respons op de hierboven beschreven behandelingen kan een chirurgische ingreep zich opdringen om de klachten in het dagelijkse leven onder controle te krijgen.
    • Kijkoperatie van de heup

      Afhankelijk van het stadium van artrose waarin de heup zich bevindt, kan in zeer geselecteerde gevallen een reden zijn om een kijkoperatie of arthroscopie van de heup uit te voeren. Voorbeelden zijn losse fragmenten kraakbeen of gewrichtsmuizen in het heupgewricht, gelokaliseerde kraakbeenletsels,… In geselecteerde gevallen bij jongere patiënten kan bij therapieresistente klachten een ice-pick procedure of een stabilisatie van het kraakbeen met een radiofrequente probe voorgesteld worden, dit om prothese chirurgie uit te stellen.

      [popup_anything id="1312"]
    <


















    • Totale heupprothese

      Indien alle bovenstaande behandelingen falen en de artrose klachten in het dagelijks leven dermate invaliderend zijn, is een totale heupprothese geïndiceerd om de kwaliteit van leven te verbeteren en autonomie (zelfredzaam, zelf boodschappen doen…) terug te geven aan de patiënt. Het is belangrijk om de keuze voor een heupprothese te maken met de juiste verwachtingen. Het doel van het plaatsen van een heupprothese is de (nachtelijke) pijn weg te nemen, pijnvrij te kunnen stappen en fietsen en de kwaliteit van leven te verbeteren. Intensieve sportbeoefening worden zelden goed verdragen, waarvoor heupprothesechirurgie voornamelijk wordt voorbehouden voor de oudere patiënt.

      [popup_anything id="1313"]

















Wat gebeurt er bij het plaatsen van een heupprothese?

Bij het plaatsen van een heupprothese wordt de heup via een voorste spier-sparende toegangsweg vooraan benaderd. Hierbij gaan we tussen de verschillende spiergroepen van de heup, zodat we geen enkele pees of spier moeten doorsnijden of losmaken, wat zijn voordelen heeft in een zeer snellere mobilisatie van de patiënt postoperatief en een kortere hospitalisatieperiode.

[popup_anything id="1314"]


















Vooraf worden metingen uitgevoerd op de preoperatieve röntgenfoto’s zodat de juiste maat van prothese wordt geplaatst, dit om de bouw van de oorspronkelijke heup zo nauwkeurig mogelijk te benaderen.

[popup_anything id="1315"]














De heupkop wordt afgezaagd en het zieke kraakbeen ter hoogte van de pan wordt weggenomen en vervangen door een metalen schaal (cup) en een polyethyleen of ceramiek component, welke zal articuleren met het bolletje op de heupsteel.

Nadien wordt het bovenbeen voorbereid voor het plaatsen van een steel. In de meerderheid van de gevallen betreft het een ingroeisteel zoals de pan. Bij slechte botkwaliteit kan er geopteerd worden om de steel te cementeren om zo een direct stabiele heupprothese te bekomen waar direct op kan gesteund en gestapt worden. De steel wordt bovenaan voorzien van een bolletje, welke kan draaien in de pan.

[popup_anything id="1316"]

Frequent gestelde vragen ?

  • Wat kan ik verwachten na een het plaatsen van een anterieure heupprothese?

    Bij het plaatsen van een heupprothese wordt een incisie gemaakt aan de voorzijde van de heup. De operatie gebeurt onder algemene narcose. Aangezien er geen spieren of pezen worden doorgenomen via de voorste toegangsweg, kan de dag zelf de revalidatie gestart in het ziekenhuis onder begeleiding van kinesisten en ergotherapeuten. U mag direct volledig steunen op het geopereerde been. Het verblijfsduur in het ziekenhuis varieert tussen de drie tot vijf dagen. Indien de wonde droog is, de pijn onder controle en de patiënt zich zelfstandig kan verplaatsen, kan het ontslag voorzien worden. De kinesitherapie wordt in de thuissituatie verdergezet om de mobiliteit van de heup ter herwinnen, de spieren verder op te trainen en het stappen te oefenen. Hiervoor wordt een specifiek revalidatieschema meegegeven bij uw ontslag uit het ziekenhuis. Spuitjes in de buik ter preventie van tromboflebitis worden gedurende een periode van één maand voorgeschreven.

  • Wanneer kan ik werken / sporten / autorijden?

    Vooraf wordt de geschatte afwezigheid van het werk besproken, wat kan variëren van 6 weken (licht bureauwerk) tot 6 maanden (zwaar fysiek werk).

    Qua sporthervatting wordt fietsen ten sterkste aangeraden van zodra de mobiliteit dit toelaat. Wat de andere sporten betreft, bestaat er terughoudendheid, aangezien dit niet steeds verdragen wordt door de patiënt. Dit wordt geval per geval bekeken, maar impactsporten worden zoiezo afgeraden gezien risico op trauma’s en vervroegde loslating. Skieën, zwemmen, dubbelspel tennis tot eventueel licht joggen behoren daarentegen wel nog tot de mogelijkheden.

    Autorijden kan vanaf wanneer uw heup betrouwbaar aanvoelt en de krukken verdwenen zijn. Dit kan vanaf twee weken postoperatief het geval zijn. De nodige waakzaamheid bij het in- en uitstappen uit de auto is hier belangrijk, wat tijdens de opname wordt geoefend met de kinesist en ergotherapeut. Om problemen met de verzekeringsmaatschappij te voorkomen, adviseren we om uw polisvoorwaarden na te lezen en eventueel het nodige na te vragen bij uw maatschappij.

  • Hoe lang gaat een heupprothese mee?

    De levensduur van een heupprothese kan met de huidige designs oplopen tot 25 jaar. Een gemiddelde duurtijd van 15 tot 20 jaar is een correcte inschatting, op voorwaarde dat er tijdens dit verloop zich geen problemen voordoen zoals een infectie, trauma,… Daarnaast is het belangrijk mee te geven dat het manier waarop met een prothese wordt omgegaan ook zijn invloed heeft op de levensduur van een heupprothese (bv. zwaar intensief sporten met snellere loslating van de prothese).

  • Wat zijn de risico’s?

    Zoals bij elke ingreep ter hoogte van de heup zijn mogelijke complicaties zwellingen/nabloeding in de heup, wondproblemen, overgevoeligheid van het litteken, infectie, zenuw- of bloedvatschade of een tromboflebitis in het been. Dit laatste kan u best vermijden door goed de voeten te mobiliseren zodat de kuispieren frequent worden opgespannen (te vergelijken met gas geven in een auto) en zo snel mogelijk de gangrevalidatie te starten.

    Een specifieke complicatie bij het plaatsen van een heupprothese is een veranderde gewaarwording ter hoogte van de buitenzijde van de bil. Tijdens de anterieure toegang naar de heup kan een zenuwtakje geraakt worden, welke verantwoordelijk is voor het gevoel ter hoogte van een kleine zone aan de buitenzijde van het bovenbeen. Dit is echter quasi altijd van voorbijgaande aard.

    Tot slot kan een beenlengteverschil of een ontwrichting van de heupprothese ontstaan postoperatief. Aangezien de heup langs de voorzijde wordt benaderd en alle spieren en achterste structuren worden behouden, is een heupluxatie een zeer zeldzame complicatie geworden bij anterieure heupprothese chirurgie. Het blijft wel belangrijk om de benen niet te kruisen en niet te diep te buigen de eerste 6 weken postoperatief om het risico te minimaliseren.

  • Wanneer neem ik vroeger contact op?

    Bij toegenomen wonddrainage, zwelling/roodheid van de heup gepaard met pijn of koorts > 38,5°C zijn redenen om vroeger een consultatie aan te vragen of u aan te bieden op de spoedopname. Indien de kuit gezwollen, warm, rood en drukpijnlijk is dient u direct naar de spoedgevallen te gaan voor verdere onderzoeken om een trombose uit te sluiten/te behandelen.